Aantal thuiswerkers groeit nauwelijks

Het Nieuwe Werken populair? Over geen onderwerp op de werkvloer wordt zoveel geschreven. Toch neemt thuiswerken in de praktijk nauwelijks toe.

De afgelopen vijf jaar groeide het aantal mensen dat minstens een uur per week thuiswerkt van 25 naar 27 procent. Ten opzichte van vorig jaar was zelfs een kleine daling te bespeuren. Het gemiddeld aantal uren dat vanuit huis wordt gemaakt steeg in vijf jaar tijd ook maar licht, van 5,5 uur naar 6,2 per week.

Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Meest in onderwijs, finance en zakelijke dienstverlening

De sector waar het meest vanuit huis wordt gewerkt is het onderwijs. Het gaat dan onder meer om het nakijken van huiswerk en voorbereiden van lessen. Ook in de financiële sector, zakelijke dienstverlening en culturele sector is Het Nieuwe Werken gemeengoed.

Hoogopgeleiden

Het zijn met name de werknemers met een hoge opleiding die thuiswerken. In 2010 werkte bijna de helft van de hoogopgeleide werknemers thuis. Bij de werknemers met een middelbare opleiding was dat een op de vijf en bij de laagopgeleiden een op de acht.

Van de mannen werkte in 2010 bijna 30 procent thuis, tegen bijna 25 procent van de vrouwen. Verder komt thuiswerken meer voor bij 25-plussers dan bij jongeren. In 2010 werkten drie op de tien werknemers van 25 tot 65 jaar thuis. Onder de 15- tot 25-jarigen was dat met ruim een op de tien een stuk minder. Dat heeft deels te maken met de sectoren waarin zij werkzaam zijn.

MT

03-10-2011